Lucas 5, 33-39

33De schriftgeleerden en Farizeeën zeiden tot Jezus: “De leerlingen van Johannes vasten en verrichten gebeden; die van de Farizeeën doen dat ook, maar de uwen eten en drinken.” 34Jezus antwoordde: “Kunt gij soms de vrienden van de bruidegom laten vasten zolang de bruidegom bij hen is? 35Er zullen echter dagen komen, dat de bruidegom van hen is weggenomen en dan, in die tijd zullen ze vasten.” 36Hij gaf hun ook nog een gelijkenis: “Niemand scheurt een lap van een nieuw kleed om daarmee een oud te verstellen; anders verscheurt hij immers niet alleen het nieuwe kleed, maar de lap uit het nieuwe past bovendien niet bij het oude. 37 En niemand doet jonge wijn in oude zakken; anders doet de jonge wijn de zakken bersten, hij loopt eruit en de zakken gaan verloren. 38Maar jonge wijn moet men in nieuwe zakken doen. 39Enniemand die oude wijn gedronken heeft wenst jonge, hij zal zeggen: de oude is best.”