Marcus 16, 9-15

9Nadat Jezus in de vroege morgen van de eerste dag van de week verrezen was, verscheen Hij het eerst aan Maria Magdalena, uit wie Hij zeven duivels had uitgedreven. 10Deze ging het vertellen aan hen die zijn metgezellen waren geweest en nu rouwden en weenden. 11Maar toen die hoorden dat Hij leefde en door haar gezien was geloofden ze het niet.

12Daarna verscheen Hij in een andere gedaante aan twee van hen toen zij te voet op weg waren naar buiten. 13Nadat dezen teruggekeerd waren vertelden ze het aan de overigen, maar zelfs zij werden niet geloofd.

14Later verscheen Hij aan de elf terwijl zij aan tafel aanlagen. Hij maakte hun een verwijt van hun hardnekkig ongeloof, omdat zij geen geloof hadden geschonken aan degenen die Hem gezien hadden nadat Hij verrezen was. 15Daarop sprak Hij tot hen: “Gaat uit over de hele wereld en verkondigt het evangelie aan heel de schepping.”