Marcus 3, 13-19

13In die tijd ging Jezus de berg open riep tot zich die Hij zelf wilde; en zij kwamen bij Hem. 14Hij stelde er twaalf aan om Hem te vergezellen en door Hem uitgezonden te worden om te prediken,15met de macht de duivels uit te drijven. 16Hij wees dus deze twaalf aan; Simon, die Hij de naam Petrus gaf; 17verder Jakobus, de zoon van Zebedeüs en Johannes, de broer van Jakobus, aan wie Hij de naam Boanérges gaf, wat betekent zonen van de donder; 18vervolgens Andreas, Filippus, Bartolomeüs, Matteüs,Tomas, Jakobus, de zoon van Alfeüs,Taddeüs, Simon de IJveraar 19en Judas Iskariot, die Hem overgeleverd heeft.


Reflectie on Marcus 3, 13-19

Inspiratie - 2026-01-23 Dagelijks Gebed

Als ik lees en bid over wie Jezus als helpers en metgezellen riep, vind ik veel troost in het feit dat velen van hen ernstige gebreken en tekortkomingen hadden. Sommigen verloochenden Hem, anderen liepen weg en één verraadde Hem zelfs. Dus als Jezus ook ons ​​roept om medewerkers in de wijngaard te zijn, is Hij misschien wel zo vriendelijk om ook enkele van onze tekortkomingen door de vingers te zien en ons de genade te schenken die we nodig hebben om metgezellen op zijn reis te zijn.