Marcus 9, 2-10

2Zes dagen later nam Jezus Petrus, Jakobus en Johannes mee en bracht hen boven op een hoge berg waar Hij met hen alleen was. Voor hun ogen veranderde Hij van gedaante, 3en zijn kleed werd schitterend wit, zoals niemand op aarde kon maken. 4Elia verscheen hun samen met Mozes en zij onderhielden zich met Jezus. 5Petrus nam het woord en zei tot Jezus: “Rabbi, het is goed dat we hier zijn. Laten we drie tenten bouwen, een voor U, een voor Mozes en een voor Elia.” 6Hij wist niet goed wat hij zei, want ze vol ontzag waren ze. 7Een wolk kwam hen overschaduwen en uit die wolk klonk een stem: “Dit is mijn Zoon, de Welbeminde, luister naar Hem!” 8Toen ze rondkeken, zagen ze plotseling niemand anders bij hen dan alleen Jezus.

9Onder het afdalen van de berg verbood Jezus hun aan iemand te vertellen wat ze gezien hadden, voordat de Mensenzoon uit de doden zou zijn opgestaan. 10Zij hielden het inderdaad voor zich, al vroegen zij zich onder elkaar af wat dat opstaan uit de doden mocht betekenen.