Lucas 14, 12-14

12In die tijd zei Jezus tot de Farizeeër die Hem aan tafel had genodigd: “Wanneer gij een middag- of avondmaal geeft, nodig dan niet uw vrienden, broers en bloedverwanten uit en ook geen rijke buren. Het zou kunnen zijn dat zij op hun beurt u uitnodigen en dat gij het dus terugkrijgt. 13Maar als ge een gastmaal geeft, nodig dan armen, gebrekkigen, kreupelen en blinden uit. 14Gelukkig zult ge zijn omdat zij het u niet kunnen vergelden. Het zal u vergolden worden bij de opstanding van de rechtvaardigen.”