Lucas 17, 11-19

11Op zijn reis naar Jeruzalem trok Jezus door het grensgebied van Samaria en Galilea. 12Toen Hij een dorp binnenging kwamen Hem tien melaatsen tegemoet; zij bleven op een grote afstand staan 13en riepen luidkeels: “Jezus, Meester, ontferm U over ons!” 14Hij zag hen en sprak: “Gaat u laten zien aan de priesters.” En onderweg werden ze gereinigd. 15Een van hen keerde terug toen hij zag dat hij genezen was, en hij verheerlijkte God met luide stem. 16Vol dankbaarheid wierp hij zich voor Jezus’ voeten neer, en deze man was een Samaritaan. 17Hierop vroeg Jezus: “Zijn niet alle tien gereinigd? Waar zijn dan de negen anderen? 18Is er niemand teruggekeerd om aan God eer te brengen dan alleen deze vreemdeling?” 19En Hij sprak tot hem: “Sta op en ga heen; uw geloof heeft u gered.”