Lucas 2, 41-51

41Ieder jaar reisden de ouders van Jezus bij gelegenheid van het Paasfeest naar Jeruzalem. 42En overeenkomstig het gebruik bij dit feest gingen zij opnieuw daarheen toen Hij twaalf jaar geworden was. 43Maar na afloop van die dagen keerden zij naar huis terug. Het kind Jezus bleef echter in Jeruzalem achter zonder dat zijn ouders het wisten. 44In de mening dat Hij zich bij de karavaan bevond, gingen zij een dagreis ver, en zochten Hem toen onder familieleden en bekenden. 45Omdat zij Hem niet vonden keerden zij al zoekende naar Jeruzalem terug. 46Pas na drie dagen vonden zij Hem in de tempel, waar Hij te midden van de leraren zat naar wie Hij luisterde en aan wie Hij vragen stelde. 47Allen die Hem hoorden waren verbaasd over zijn inzicht en zijn antwoorden. 48Toen zijn ouders Hem daar opmerkten stonden zij verslagen. Zijn moeder zei tot Hem: “Kind, waarom hebt Ge ons dit aangedaan? Denk toch eens met wat een pijn uw vader en ik naar U hebben gezocht.” 49Maar Hij antwoordde: “Wat hebt ge toch naar Mij gezocht? Wist ge dan niet dat Ik in het huis van mijn Vader moest zijn?” 50Zij begrepen echter niet wat Hij daarmee bedoelde. 51Hij ging met hen mee naar Nazaret en was aan hen onderdanig. Zijn moeder bewaarde alles wat er gebeurd was in haar hart.