Marcus 1, 21-28
21In die tijd kwamen Jezus en zijn leerlingen in Kafarnaüm, en op de eerstvolgende sabbat ging Hij naar de synagoge waar Hij als leraar optrad. 22De mensen waren buiten zichzelf van verbazing over zijn leer, want Hij onderrichtte hen niet zoals de schriftgeleerden maar als iemand die gezag bezit. 23Er bevond zich in hun synagoge juist een man die in de macht was van een onreine geest 24en luid begon te schreeuwen: “Jezus van Nazaret, wat hebt Gij met ons te maken? Ge zijt gekomen om ons in het verderf te storten. Ik weet wie Gij zijt: de heilige Gods.” 25Jezus voegde hem toe: “Zwijg stil en ga uit hem weg.” 26De onreine geest schudde hem heen en weer, gaf nog een luide schreeuw en ging uit hem weg. 27Allen stonden zó verbaasd dat ze onder elkaar vroegen: “Wat betekent dat toch? Een nieuwe leer met gezag! Hij geeft bevel aan de onreine geesten en ze gehoorzamen Hem.” 28Snel verspreidde zijn faam zich naar alle kanten over heel de streek van Galilea.
“Copyright © 2021 National Council of Churches of Christ in the United States of America. Used by permission. All rights reserved worldwide.”